Wanneer ik dit stukje schrijf, rond 12.00 uur, - het is maandag 7 november 2022 - hoor ik buiten de sirene die maandelijks op de eerste maandag wordt ingeschakeld om te verifiëren of hij het nog doet. Ik constateer voldaan dat mijn toenemende hardhorendheid nog niet van dien aard is, dat dit doordringende gejank niet meer tot me doordringt. Ik hoef er alleen geen actie op te ondernemen, want het is maar oefening. Dat is een ander verhaal wanneer je nu in Oekraïne woont. En toch… Ook uit die contreien vernemen we regelmatig, dat mensen het huilen van de sirene steeds vaker voor kennisgeving aannemen en doorgaan met waar ze mee bezig zijn. Ik herken dat uit de perioden, dat ik als militair geestelijk verzorger in Afghanistan was. Elke militair die een of meer missies op KAF, Kandahar Airfield, gedaan heeft, herinnert zich de sirene die afging wanneer er uit het omringende gebergte een projectiel richting basis was gelanceerd. Kwam je als nieuweling aan, dan werd je bij de eerste briefing krachtig aangespoord om, zodra je het naargeestige gejank hoorde, zo snel mogelijk de dichtstbijzijnde bunker op te zoeken en om, als die niet direct in de buurt was, onder de dichtstbijzijnde tafel te duiken. Ik weet nog, dat we met een groepje kersvers gearriveerde collega’s in de ECHOS zaten te eten, toen de sirene klonk. Onmiddellijk doken we allemaal onder de eettafel, onze borden frites met frikadel verweesd achterlatend. Naast ons zat een groep Amerikaanse militairen te eten. Zij bezagen onze actie met een meewarig leedvermaak en aten onverstoorbaar verder. Een paar weken verder gingen ook wij, wanneer de sirene klonk, ‘gewoon’ door met waar we mee bezig waren, in de wetenschap dat de eerste rocket dan al ergens ingeslagen was – meestal zonder schade te berokkenen - en er negen van de tien keer geen tweede volgde. Het wende, al bleef de sirene je natuurlijk bepalen bij de abnormale situatie waarin we verkeerden. Maar toch… het abnormale kan dus gaandeweg ‘normaal’ worden. Daarover mijmerend bedenk ik, dat dit zowel een zegen als een vloek kan zijn. Een zegen, omdat je nu eenmaal niet permanent op scherp kunt staan. Maar een vloek, omdat gewenning gemakkelijk tot nonchalance of onverschilligheid kan leiden. Ook in moreel opzicht gaat dit op. Dan accepteren we, om maar een voorbeeld te noemen, dat het nieuws gedomineerd wordt door de prestaties van Max Verstappen in de Formule 1 en door eindeloze weerpraatjes, terwijl er nauwelijks aandacht is voor het feit dat intussen een niet meer te tellen aantal mensen op drift hun graf hebben gevonden, (voor de statistici: vorig jaar ruim 2200), en nog altijd vinden in de Middellandse Zee. Het is dat er af en toe nog een sirene huilt... Wij laten er allang geen traan meer om.
top of page
bottom of page
Comments