De protestantse gemeenten van Tricht en die van buurdorp Buurmalsen werken in toenemende mate samen op allerlei terreinen van het kerkenwerk. Dat is niet alleen een kwestie van tekort aan menskracht en teruglopende inkomsten, het is ook een positieve optelsom: samen bereik je meer (mensen). En zo doken we afgelopen zondagavond gezamenlijk terug in de tijd. Een flink aantal mensen was afgekomen op de uitnodiging voor een avondje samen zingen uit ‘de blauwe bundel’. Over een poort die wijd open staat, wandelen in het licht met Jezus, een liefelijke naam die langs de wolken ruist… Wanneer ik nu geheimtaal spreek voor de lezer, weet ik dat deze onder een bepaalde leeftijd is en geen herinneringen meer heeft aan zondagmiddagen, waarop vader of moeder zich achter het harmonium (de psalmenpomp) zette en het complete gezin zich daaromheen schaarde om samen te zingen uit de bundel van Johannes de Heer. Ja werkelijk, dat gebeurde, in talrijke protestantse gezinnen. De herinnering aan ‘vroeger thuis’ werd dan ook meermaals opgegeven als reden om op deze avond aanwezig te zijn. Een dichter brengt het treffend onder woorden:
Veilig …’
Zo’n zondagmiddag in de vroege jaren zestig,
dan ging alleen mijn vader naar de kerk,
de ware kerk, de synodaal-gereformeerde,
waar hij, diaken, voor de armen collecteerde.
Thuis was het mamma die de vroomheid regisseerde.
De stoelen gingen in een kring
en uit de blauwe Bundel
zongen we
van stromen zegening.
Nu, zoveel jaren later nog
kan die herinnering mijn hart verwarmen.
Rondom ons ruiste een lief’lijke naam,
we waren in veilige armen.
Wat zeker ook heeft bijgedragen aan de populariteit van ‘de bundel’, zijn de melodieën van veel liederen. Oneerbiedig gezegd: ook als drinklied of pepdeun tijdens de avondvierdaagse zouden veel nummers het prima doen. Johannes de Heer had een fijne neus voor wat ‘het gewone volk’ graag zong en dat verklaart zeker ook waarom veel liederen evergreens zijn geworden. Zelfs als je je de tekst niet precies meer zou herinneren… de melodie vergeet je nooit en daardoor kun je altijd meteen weer aanhaken.
Nog een derde mogelijke reden dat deze liederen nog altijd graag gezongen worden, ligt in de grote nadruk op het persoonlijke. Die poort die wijd open staat, staat open ook voor mij. Ik heb afgelopen zondag niet voor het eerst waargenomen, dat mensen emotioneel worden bij het zingen van deze liederen. Zingend zeggen ze ‘ik’ en ‘voor mij’, in relatie tot de grote beloften van eeuwige zaligheid en vergeving van alle tekort.
Ik moet eerlijk zijn: zelf ervaar ik bij veel liederen eerder afstand. Maar ik onderken dat ze een laag aanboren die in de doorsnee protestantse liturgie mogelijk te weinig wordt gezocht. Ik heb meer dan eens verzucht, dat de samenstellers van het - prachtige en veelzijdige- Liedboek dat in 'mijn' PKN gangbaar is, er goed aan gedaan hadden om daarin ‘the best off’ uit de blauwe bundel op te nemen! Op z’n minst ‘Daar ruist langs de wolken’ en ‘Ik zie een poort wijd open staan’.
Comentários