Geweldig, die race van Ireen Wüst. Al 35 is ze, dat betekent in de wereld van de topsport dat je ongeveer met één been in het graf staat. En dan toch zo’n tijd neerzetten. Wat een ijzeren discipline moet je dan hebben. Al die eindeloze uren aan training, altijd bewust eten, afzien van uitspattingen, geen late feestjes, geen drank, niet snoepen, nooit lui zijn. Alles voor die ene race, voor die laatste kans op nog een Olympische onderscheiding. En ze heeft ‘m binnen! Heel Nederland juicht. Ik ook. Ik kan bijna tranen in mijn ogen krijgen van heroïsche sportprestaties. Maar minstens zoveel winnaar vond ik haar, toen ze na een verloren race in januari 2019 in een radio-interview met Steven Dalebout sprak over het overlijden van haar vriendin - tevens voormalig topschaatser- Pauline van Deutekom op 2 januari van dat jaar. “Uiteindelijk draait het leven niet om schaatsen, maar om liefde en om vriendschap,” waren de woorden waarmee een intens verdrietige Ireen terugblikte op het leven van Pauline en op wat ze samen hadden doorgemaakt aan lief en leed. Ireen Wüst weet: het is niet zo moeilijk om het leven te vieren als alles meezit. En als je wint, heb je vrienden, een heel land vol! Maar mij schoten gebedsregels te binnen, geformuleerd door mijn stadgenoot, dichter René van Loenen:
Gij die de toekomst ontsluit, Wij dragen jongeren aan U op die gebukt gaan onder de eisen van de moderne tijd, de prestatiedrang, de etalage van het perfecte leven,
de 2.0-versie van een toch altijd kwetsbaar bestaan.
Wij dragen de kinderen en jonge mensen aan u op die de verwachtingen niet waar kunnen maken,
die niet excelleren,
die falen voor het oog van de leraar, de trainer, de coach.
Schenk hun de koesterende warmte van een herbergzame omgeving.
Kommentare