Zou een interessant onderzoek kunnen zijn, ik zou het best willen doen op een maandagmorgen tijdens de ochtendspits...De vraag aan alle treinreizigers voorleggen: wat is volgens u de belangrijkste oorzaak voor alle ellende in de wereld?
Voor oorlogen in het midden-oosten, voor ruzies in relaties, bonje in de buurt, heibel in huis...
Ik maak me sterk dat ik het antwoord al weet... Volgens mij zegt zeker driekwart van de ondervraagden: de wortel van alle kwaad is de godsdienst.
Ik beschouw mezelf als een gelovige twijfelaar of twijfelende gelovige, in elk geval als iemand die de optie ‘God’ graag wil open laten, en daarom acht ik godsdienst in principe iets waardevols. Maar ik kan er jammer genoeg niet om heen: er gebeurt allejezus veel Godgeklaagds in de naam van God. De christelijke God, de joodse God, de islamitische God, de hindoeistische God of welke dan ook. En ik kan hartgrondig meevoelen en inwendig meevloeken (hardop doe ik dan weer liever niet...) met mensen die oprecht van mening zijn dat het de religieuze instituten, de heilige boeken en de predikers zijn die de geesten vergiftigen of mensen verbieden zelf te denken. Zodat domheid en fanatisme voor heel veel mensen de twee bekendste kenmerken van religie en godsdienstigheid zijn geworden.
Toch waag ik het erop om een goed woord te doen voor de zeer vele ‘’gewone” gelovigen, aanhangers van wat voor religie dan ook. Juist omdat zij “gewone” mensen zijn, weten zij dat God ons denken en beseffen te boven gaat. Dat we daarom maar beter spaarzaam met grote woorden kunnen zijn. Maar zij weten ook dat wil ‘God’ meer zijn dan een slogan, een alibi, een illusie of een leugen waarmee we onze eigen ambities en machtsspelletjes verhullen, dat alleen maar kan door in alle eenvoud te proberen een mede-menselijk wezen te zijn. En in alle jaren dat ik in dit ondermaanse meeloop, durf ik te beweren dat zulke mensen onder de gelovigen, van welke signatuur dan ook, nog altijd de meerderheid vormen. Zij hebben mij tot op de dag van vandaag geholpen, het geloof in God en goedheid niet op te geven.
